De (tien)ervragen aan:
Albert Metz (organist) juli 2002 in Het “Jeugdleven”
1. Wat is uw naam, bent u getrouwd en heeft u kinderen en wanneer waren uw tienerjaren? Ik ben getrouwd en heb 2 kinderen: een dochter en een zoon. Mijn tienerjaren waren van 19551965.
2. Waar denkt u aan bij de volgende woorden: a. Puber: dan moet ik denken aan de knapenvereniging. b. Jeugdvrienden: Piet van Urk, Wouter Kramer en Klaas Koffeman c. School: Ik kwam in het noodgebouw Samuël en toen ging ik naar de Rehoboth school.
3. Hoe was u als puber? (stoer/uitkomend voor je geloof) Ik was al vrij serieus, ik leefde toen ook in een veel kleinere wereld.
4. Wat deed u op zaterdag-/zondagavond? We zaten wel vaak op een kotter, maar we zaten op zondag ook vaak bij Wouter thuis (bij Jannetje Zeezicht). En zaterdag bij Albert-Piet daar zat altijd nog wel meer jeugd, dat was altijd heel gezellig.
5. Wat vond u als jongere van de kerkdiensten? Ik zat al vrij vroeg achter het orgel, en dan voerde muziek de boventoon. En dan kreeg ik niet altijd alles mee van de preek. Bij ds. Groeneveldt had je altijd leuke diensten met verrassende dingen erin. Dat was altijd wel gaaf.
6. Hoe was in uw tienerjaren uw geloofsleven? Ik was al wel vrij serieus toen, maar alles was in een vast patroon. En nu ik wat ouder ben zie ik de dingen wel wat breder.
7. Wat is het grote verschil van uw geloof van toen als kind en uw geloof van nu? Vroeger zag ik het geloof op een “Urker” manier, en dat was mijn hele wereld. En dan dacht je dat de mensen buiten Urk niet zoals ons geloofden. En nu denk
ik wel eens wat moeten ze buiten Urk wel niet van ons christelijk zijn denken.
8. Wat is uw leukste jeugdherinnering en wat uw minst leuke? Voetballen was het leukste, ik was 10 toen ik daar mee begon. Ik was er bezeten van, meteen na school altijd gelijk voetballen. Ik was er ook wel goed in en dat was denk ik ook het leuke ervan. Ik heb later ook bij Urk 1 gezeten.
Ik was iets te vroeg op school, omdat ik al lezen en schrijven kon (dat had mijn tante me geleerd). Dus mijn vrienden zaten allemaal een klas lager dan mij. En in mijn eigen klas was ik altijd de kleinste. Dus was ik op school best een eenling.
9. Wat is het verschil tussen de jeugd van toen en de jeugd van nu? Het grootste verschil is het zakgeld, ik wist nog niet veel van geld af of zo. En voelde me heel wat als ik een rijksdaalder op zak had. Ik was ook nog nooit in de Wabu geweest en toen ik er voor het eerst kwam, kwam ik erachter dat ik dan ook geld op zak moest hebben.
10. Wilt u de jeugd van nu nog wat meegeven? Het kan ook gezellig zijn zonder drank!!